Hoe vrij zijn wij?

May 2, 2016
1

Deze week vieren we Bevrijdingsdag. Vieren we dat we 71 jaar geleden bevrijd werden van het juk van de Duitse bezetter. Maar veel reden tot feesten is er wat mij betreft niet. We dreigen namelijk onder een nieuw juk terecht te komen. Het juk van technologie bedrijven als Facebook en Google die sluipenderwijs onze vrijheid beperken. Een aantal recente gebeurtenissen laten zien hoe ver zij daarin al gaan.

De afgelopen weken heeft Facebook spotprenten die president Erdoğan van Turkije beledigen offline gehaald. Niet alleen in Turkije. Nee, wereldwijd. De auteurs van die spotprenten zijn ook zonder pardon van Facebook afgesloten. Niet omdat de Nederlandse rechter heeft bepaald dat dat zou moeten. Nee, Facebook heeft dit op eigen initiatief besloten. Facebook bepaalt dus open eigen houtje wat satire is of niet. En lijkt zich daarbij te laten leiden door conservatief Amerikaanse normen. Dat is ongewenst. Omdat Facebook tot in de haarvaten van de samenleving is doorgedrongen, wordt het steeds meer een publieke dienst. En moet Facebook dus ook meer rekening houden met het publieke belang. We verwachten immers ook niet dat (ook door marktpartijen verzorgde) telefoongesprekken plotseling worden afgebroken als je over een controversieel onderwerp praat.

Vrijheid van meningsuiting is niet het enige dat onder druk staat. Als je een Nest thermostaat hebt gekocht moet je akkoord gaan met de nieuwe gebruikersvoorwaarden en instemmen met de privacy policy. Zo niet, dan kun je de Nest app niet langer gebruiken en is de thermostaat die je ooit gekocht hebt in feite onbruikbaar geworden. Van vrije toestemming geven is zo natuurlijk absoluut geen sprake. Nest is tegenwoordig van Google. Dat belooft nog wat voor Google’s zelfrijdende auto: gaat uw auto straks niet meer voor u open als u niet hebt ingestemd met de laatste gebruikersvoorwaarden?

Revolv (een andere bedrijf dat recent is opgekocht door Google) maakt het nog bonter. De Revolv home automation hub is een kastje waar je allerlei domotica op aan kunt sluiten om op afstand (via een app) de lampen in je huis aan of uit te schakelen, of je garage deur te openen. . Met ingang van 15 mei wordt het apparaat niet langer ondersteund door Google. Dat zou niet zo erg zijn als dat alleen maar betekende dat er niet langer software updates beschikbaar zouden zijn. Dat gebeurt immers aan de lopende band bij verouderde producten. Bij de Revolv hub gaat Google echter over de grens: na 15 mei werkt de Revolv hub helemaal niet meer. En klanten zijn hierover niet eens geïnformeerd. Je zou toch raar staan te kijken als je televisie het na een bepaalde datum het niet meer doet. Niet omdat hij stuk is. Maar gewoon, omdat de fabrikant na die datum niet meer bestaat...

Deze voorbeelden laten zien dat we geen producten meer kopen, maar steeds vaker diensten. Soms is het duidelijk dat je een dienst koopt: je betaalt een vast bedrag per maand of per jaar voor het gebruik van de dienst. Soms is dat niet zo duidelijk: je betaalt eenmalig voor een product (zoals de Revolv hub in het eerdere voorbeeld), maar het product werkt alleen als je de voorwaarden van de bijbehorende dienst accepteert, of als de dienst door de aanbieder nog geleverd wordt.

Diensten hebben veel voordelen ten opzichte van producten. Bezit is in zekere zin ook een last, een belemmering van je vrijheid. Je wisselt makkelijker van een dienst dan dat je een product ruilt voor een andere. En bij een dienst heb je altijd de laatste versie of de nieuwste content. Spotify, Netflix: daar kan geen kast met CDs of DVDs tegenop. Als je er ten minste vanuit kunt gaan dat die dienst voor altijd blijft bestaan, en niet tussentijds de spelregels verandert. En je favoriete film of nummer plotseling niet langer beschikbaar is. Het voordeel van (klassieke) producten is dat de spelregels bij aankoop duidelijk zijn, en dat na aanschaf de gebruiker volledige controle over het product heeft (en dus de enige is die de regels bepaalt).

Diensten leggen hun regels aan onze samenleving op. Zij bepalen wat we mogen horen, zien of doen, en zij kunnen de spelregels op ieder moment veranderen. Het wordt tijd ons op te maken voor een nieuwe strijd, om ons virtueel te wapenen tegen de dreigende bezetting van onze virtuele samenleving door technologiereuzen als Google en Facebook.

Deze column verscheen 30 april in het Morgen katern van het FD.

In case you spot any errors on this page, please notify me!
Or, leave a comment.
Mag Facebook weghalen wat het wil? // Jaap-Henk Hoepman
, 2016-05-10 07:41:38
(reply)

[…] week vroeg ik me, met de naderende bevrijdingsdag in mijn achterhoofd, af hoe vrij we nu eigenlijk zijn als Facebook bepaalt wat satire is en spotprenten van president Erdoğan van Turkije verwijdert. In […]