Digitaal kolonialisme vermomt als ontwikkelingssamenwerking. Niet door Facebook of Google, maar ons ministerie van Buitenlandse zaken.

January 8, 2017
2

In de Volkskrant van donderdag 5 januari stond een mooi stuk over hoe, met behulp van satellietinformatie, Nederland boeren in Oeganda helpt hun opbrengst op te schroeven. Die loopt namelijk door de toenemende droogte terug. Zonder goede weersvoorspelling is het voor de boeren lastig te bepalen wanneer ze precies moeten zaaien en oogsten. Door het veranderde klimaat is het traditionele, van vader op zoon doorgeven, ritme van zaaien en oogsten niet langer effectief. Een mooie vorm van ontwikkelingssamenwerking door de mogelijkheden van nieuwe technologie te ontsluiten voor de derde wereld en om mensen daar te helpen om zelf in hun basisbehoeften te voorzien. Toch?

Het project, Geodata for Agriculture and Water (G4AW), wordt uitgevoerd door het Netherlands Space Office (NSO) in opdracht van het ministerie van Buitenlandse Zaken. In het project werken satellietinformatiebedrijven, verzekeraars, telecombedrijven, zaadleveranciers en andere organisaties samen om kleine boeren in ontwikkelingslanden te helpen.

De sattelietbeelden bevatten een schat aan informatie over het te verwachten weer maar ook over de bodemgesteldheid. Deze data wordt geanalyseerd en omgezet in voor de boeren begrijpelijke informatie. Dat kunnen bijvoorbeeld instructies zijn om nog even te wachten met zaaien. Die ontvangen de boeren als tekstberichten op hun mobiele telefoons. Omdat gericht te kunnen doen (de ene boer is de andere niet) stellen deskundigen in het veld gedetailleerde profielen van de boeren op. Daarvan zijn er inmiddels 27 duizend gemaakt; eind volgend jaar moeten 350 duizend boeren zijn bereikt.

En toen kwam ik deze zinsnede tegen:

De informatie uit die profielen is uiterst geschikt voor allerlei diensten en bedrijven, zoals landbouwverzekeraars, kredietinstanties en potentiële afnemers van de landbouwproducten.

Toen kantelde het beeld. Helemaal omdat:

Die gegevens krijgen de boeren nu gratis tot hun beschikking. Over een paar jaar zullen zij hiervoor gaan betalen, hoeveel is nog niet duidelijk.

Ah!

Dus die boeren worden geprofiled zodat verzekeraars en kredietverstrekkers precies weten hoe ze er voor staan (beter dan dat de boeren zelf ooit zullen weten). En hun onderhandelingspositie tegenover hun potentiële afnemers is al verzwakt voordat het eerste persoonlijke contact gelegd is. Op basis van die profielen bepalen de afnemers hun onderhandelingsstrategie, en kunnen ze het beste (en voor de boeren slechtste) moment om te onderhandelen kiezen.

Eerlijk gezegd kwam, door die zinsnede, het ontwikkelingsproject op mij eerder over als een moderne vorm van slavernij. De bedrijven leveren de zaden aan de boeren, en het project instrueert ze wat ze er mee moeten doen en wanneer. En de boer is verliest zijn laatste greintje autonomie en is een veredelde machine geworden: nu zaaien! nu oogsten! De bedrijven hebben een materiaal en informatie monopolie. Zo worden de boeren volledig afhankelijk gemaakt en werken ze eigenlijk als willoze slaven voor dit o-zo goed bedoelde project.…

En het mooie is: over een paar jaar gaan de boeren er nog voor betalen ook. Inderdaad. Ze kunnen niet anders.

In case you spot any errors on this page, please notify me!
Or, leave a comment.
Eddie Michiels
, 2017-01-08 20:48:40
(reply)

Helemaal mee eens!

Bart Jaspers
, 2017-01-09 12:57:21
(reply)

Een closed source business model of een economisch model gebaseerd op ‘informatie-armoede’ is enkel te bevechten met een open source model. Ook mooi beschreven in boek van Stiglitz: https://goo.gl/EVpeKy.

Maar als publiek geld aangewend wordt om closed source business modellen te faciliteren, is het einde zoek. Beetje hetzelfde wat gebeurt met medicijnonderzoek aan universiteiten (publiek geld) waarvan de resultaten, na wat toevoeging van extra sponsorgeld (privaat geld) door de pharma-industrie, ineens door patenten (juridisch-) schaars gemaakt worden… Wereld op z’n kop dus ook hier weer.

Oplossing? Open source sensor-netwerken.